English version of this page click here
Manhattan is ooit in 1609 ontdekt door Henry Hudson, de kapitein die voer op het schip ‘de Halve Maen’ voor de West-Indische Compagnie uit Nederland. In Nederland was toen een humanistisch tolerant klimaat, waar verschillende grote denkers naar toe kwamen, zoals Erasmus, Descartes en Spinoza, maar ook gaf het Joodse vluchtelingen en de Quakers uit Engeland een plek. Vanuit dit klimaat werd Nieuw Amsterdam gesticht op de plek dat later Manhattan is gaan heten. De plek waar alle culturen welkom waren.
Manhattan als huis, dat verbindingen maakt tussen heden en verleden als basis voor nieuwe interpretatie, sociale relaties, relaties met andere culturen, waar personen en verhalen met elkaar resoneren op een tijdslijn en samen een wereld vormen, die het ‘NU’ bepalen. Het grid van Manhattan als een gelaagde compositie van beelden en teksten die naast en over elkaar worden geplaatst. Het zich ontwikkelende grid bestaat uit losse verhaalflarden vanuit heel verschillend origine, uit verschillende tijden en culturen, uit krantenberichten, boeken, televisie, internet; een assemblage van heterogene verhalen, herinneringen, dromen, die zijn samengevoegd in de installatie.
Het laat niet de feitelijke kant van een gebeurtenis zien maar meer de subjectieve of persoonlijke ervaring.
Samen vormen ze het innerlijk van de stad.
Grote tekeningen worden afgewisseld door 3 videoprojecties, 9 kleine LCD-schermen, 2 monitoren en verschillende objecten. Op 1 projectie schrijft een hand eindeloos brieven. Half transparant door de tekst heen is woeste zee te zien. Het zijn reisbrieven van de eerste pioniers op weg naar Nieuw Amsterdam. Op een tweede projectie is het leven rondom St. Mark’s Church-in-the-Bowery te zien en op een derde videoprojectie zijn zwarte suppoosten te zien in hun rol van bewakers van de kunst.
In de ruimte staat een gebogen tak met 4 speakers. Af en toe is hier uit geluid te horen. Door de afwisseling van indianengezang met worksongs van zwarte Amerikanen naast gesproken teksten van o.a. Allen Ginsberg glipt de tijd van de ene eeuw naar de andere.
Ook is er een geroest gasstel waarop een pan met soep staat. De soep staat voor het welkomsgebaar, maar ook voor het voeden van de armen; diegenen die het niet gelukt is van een dime een dollar te maken. Incidenteel wordt de soep door een aanwezige suppoost uitgedeeld aan het publiek.
Iets verderop hangt een gloeilamp, die iedere 5 minuten ronddraait en weer tot rust komt. Het licht van de lamp glijdt over het gasstel en over een tekening met de titel: ‘Stomp the Devil, Shake, Shake, Shake’. De tekening gaat over de Quakers, die in Europa vervolgd werden vanwege hun geloof maar van de Nederlanders toestemming kregen om zich te vestigen in Nieuw Amsterdam.
St. Mark’s Church is voor mij belangrijk omdat dit de plek is waar Peter Stuyvesant, één van de eerste bevelhebbers van Nieuw Amsterdam, zijn huis bouwde en tevens werd begraven. In de loop der jaren is het een belangrijke culturele plek geworden, waar veel optredens plaatsvinden, maar waar ook zwervers permanent bivakkeren en onderdeel uitmaken van het publiek in de kerk.
Verschillende videobeelden, opgenomen op Manhattan en Coney Island, zijn op LCD-schermen te zien, die in de ruimte staan opgesteld. Naar Coney Island ben ik regelmatig teruggekeerd omdat ik geïnteresseerd raakte in het vervallen gebied met de dichtgetimmerde kermisattributen en worstententen. Ook filmde ik de geëmigreerde Russen op Brighton Beach, die in dikke bontjassen over de houten plankiers wandelen en karaoke zingen in een Russisch restaurant.
De zwarte suppoosten zijn op een grote videoprojecties en 2 LCD schermen te zien in hun rol van bewakers van Manhattan en de kunst. Ze doden hun tijd door klein specifiek gedrag op de vierkante meter. In de installatie komen ze, afhankelijk van de mogelijkheden van de expositieruimte, als performance-element terug. Eerst bijna onzichtbaar, zoals men gewend is van suppoosten in een museum. Zij pakken af en toe een A4 met een tekst erop van een stapel en schrijven met krijt de tekst op banen, geschilderd met schoolbordverf. Een andere suppoost veegt de tekst weer weg met een wisser en schrijft er een volgende tekst overheen. De teksten bestaan uit losse verhaalflarden. Binnen het tijdsverloop van de soundscape spreekt een suppoost zinnen uit die gaan over het leven in New York.
Sinds de tachtiger jaren experimenteer ik met geluid als onderdeel van mijn beeldende kunst, meestal in combinatie met video, maar ook als zelfstandig element. Het heeft mijn aandacht verschoven van louter visuele kunst naar kunst als een multizintuigelijke ervaring, waarin geluid de ruimte ‘beeldhouwt’. Een soundscape klinkt uit een 5 kanaals surroundsysteem. De bezoeker wordt fysiek omhuld door een bewegend veld van muziek en geluid. Speakerboxen staan in de vier hoeken van de ruimte en er is een grote staande tak waarin 4 kleine speakers zijn gemonteerd. De installatie balanceert tussen geluiden van verschillende tijden.
Soundscape excerpt